De medereiziger, een kwelling van formaat

Column Oscar Hammerstein, partner Hammerstein Advocaten N.V.

De medereiziger, een kwelling van formaat
24–10–2013
In trams, bussen, treinen en vliegtuigen huist een boosaardig wezen: de medereiziger. Hij verblijft daar, niemand tot vreugde, door iedereen gevreesd en in zijn beste verschijning wordt hij door niemand opgemerkt. Feitelijk behoort hij in die zin tot de klasse van muggen, kwallen en bacillen. Vanzelfsprekend is hij zelf onschuldig aan zijn bestaan maar steeds toch vraag je je af waaraan het wezen zijn bestaansrecht dankt. Aan boord van een voertuig bestaat de eerste kennismaking er meestal uit dat hij zich naast je perst op een stoel die gelukkig vrij was en de noodzakelijke reis van dat moment enig genoegen zou geven.

Bij vliegreizen is de die eerste kennismaking dat hij juist voor jou aan de beurt is met inchecken, nooit ticket en paspoort bij de hand heeft, daarmee altijd wel iets mis is, altijd om een plaats vraagt die al vergeven is en steeds ergerlijk de boel ophoudt. Later bij de veiligheidscontrole heeft de medereiziger verboden voorwerpen bij zich, minst genomen eindeloos veel tijd en bakjes nodig om zijn nutteloze voorwerpen in te leggen; dan nog gaat het poortje af zodat hij zwetend en puffend, ontdaan van alle waardigheid, drie maal heen en weer moet alvorens op te lossen in een zwerm andere medereizigers.

Aan boord van vliegtuigen heeft de medepassagier altijd teveel bagage bij zich. Deze wordt bovenop of naast jouw handbagage gepropt die je daar net zo had neergelegd dat niets kon kreuken of beschadigen en waarmee het nu dus nooit meer goed komt. Bij het stouwen van die bagage slaat er meestal een rugzak tegen je hoofd, vallen er spullen uit en wordt een glas drank omgestoten dat over je broek gaat of je zitting. Heb je de medepassagier net knarsetandend op de raamplaats laten plaatsnemen, dan moet hij er nog een paar keer uit omdat hij wat vergeten is. Veel komt ook voor dat de medereiziger zich al heeft geïnstalleerd op de stoel zit die jij op het internet had veroverd of toegewezen had gekregen, door jarenlang met dezelfde maatschappij te reizen. Hij beroept zich dan op de samenstelling van zijn gezelschap, een enge ziekte of invaliditeit maar altijd zo gemotiveerd dat je wel moet toegeven omdat je vreest anders de eindbestemming niet te zullen halen.

Een dicht voor de neus gehouden boek en zelfs een koptelefoon met muziek of film kunnen niet verhinderen dat een medereiziger met alle middelen wil bewijzen dat hij ook een mens is, een moeilijke jeugd heeft gehad of aan een of andere ziekte lijdt. Altijd zijn zij onderweg naar mensen die problemen hebben die jij voor hen zou kunnen oplossen of naar bestemmingen waarvan wordt verwacht dat jij daar alles van weet of alles over wil horen. Bij bezoek aan de wc heeft de medepassagier juist een verschrikkelijk grote boodschap gedaan, de bril nat geplast of tenminste de zeep gestolen en het laatste handdoekje opgemaakt. Medepassagiers willen op lange reizen lezen wanneer jij wil slapen en andersom. Als jij slaapt hebben zij een blaasontsteking, snurken, ruiken naar zweet of vreemde landen of trekken hun blote zweetvoeten op tegen je benen.

De meest gevreesde medereiziger is een ouder met een kind dat aan ADHD lijdt of nog erger, dat erop is getraind de hele reis huilend, schreeuwend door te brengen. Ik heb mij beperkt tot het wezen zoals dat in vliegtuigen huist omdat ik het reizen in bussen, trams en treinen weet te vermijden en daar niets over kan schrijven behalve dat ik dagelijks de wanhopige gezichten voor de ramen van stampvolle trams ontwaar van mensen die daar door het wezen worden gekweld. En wat nog het meest afschuwelijk aan het verschijnsel van medereizigers is, is dat u en ik niets anders zijn voor anderen dan medereizigers.

Alliantie Nederland Rookvrij!
Oude Gracht Groep
IKA Ned
Stichting Kwalificatie & Curriculum Autoriteit
VERA Health and Education
De Rookvrije Generatie