De coronacrisis versnelt de samenhang tussen de technische en sociale innovatie. Geborgd in duurzame coalities.

Hans de Goeij in gesprek met Joep de Groot, voorzitter Raad van Bestuur van CZ, de derde zorgverzekeraar van Nederland

De coronacrisis versnelt de samenhang tussen de technische en sociale innovatie. Geborgd in duurzame coalities.
24–11–2020

Ga je er maar op voorbereiden…

De eerste maanden van de Covid-19 crisis versnelde het bewustzijn om in de gezondheidszorg meer samen te werken. Urgentie, gebrek en tekort dreven zorgaanbieders en financiers naar elkaar toe. Samen de corona aanpakken was niet alleen een communicatie leuze maar werd gepraktiseerd. Hoe kan met deze ervaring de inrichting van de zorg sneller duurzaam worden? En wie neemt daar de leiding in?

Door: Hans de Goeij

Kunt u zich nog het moment herinneren waarop u dacht: ‘nu is er echt iets aan de hand in de zorg’ en bij u de knop omging?

De Groot: “Ja dat weet ik heel precies! Een van onze commissarissen is als interniste acute geneeskunde verbonden aan het Erasmus Universitair Medisch Centrum. Vlak voor carnaval spraken we over de beelden op TV en zij vertelde dat ze contacten had met collegae in Italië. Die collegae waarschuwden haar dat corona veel erger is dan wij dachten. “Ga je er maar goed op voorbereiden”, zo zeiden de Italiaanse artsen. Dat kwam stevig binnen en we zochten met een de netwerken op. Met de directeur zorg sloten we bijvoorbeeld direct aan bij het regionale netwerk acute zorg (ROAZ). Voor ons ook voldoende aanleiding toen al direct over te schakelen naar thuiswerken. Onze in frastructuur moest klaar zijn als het ook in Nederland komt. Dat was twee weken voordat de eerste melding gerapporteerd werd via de media in Nederland”.

Dit wordt inderdaad groot!

De Groot vervolgt: “Die eerste melding was bij Tilburg waar ons hoofdkantoor zit. En voor ons was oranje fase rood geworden: “Dit wordt inderdaad groot!”. Doordat wij aangesloten waren op het ROAZ Brabant begrepen wij direct dat het zeer grote impact zou hebben op de zorg. Dat was meteen duidelijk. De Brabantse ziekenhuizen gaven dat ook aan. Een aantal nodigden ons uit om te komen kijken. Niet alleen naar de Covid-19 zorg maar ook naar de rest. Hoe die zorg door de uitbraak van het virus anders gaat. Wij gingen meteen cijfers delen, en namen ook deel aan andere ROAZ-en in het zuiden van het land. Want het moet gezamenlijk opgelost worden. En dat heeft meteen in het begin al de goede snaar geraakt. Wat moeten we met de reguliere niet-Covid-19 zorg doen? Hoe moet het met de ambulancezorg, of met aanvullende vormen voor en in de fysiotherapie doen et cetera? Maar ook toen er bij zorginstellingen een groot financieel probleem ontstond. Dat moeten wij als verzekeraars helpen oplossen. Die stap naar voren, ingezet door enkele ziekenhuizen in het brandpunt van de eerste weken, heeft ons inzicht direct aangescherpt. We zagen het met eigen ogen. Wij hoorden de verhalen uit de eerste hand”.

“Door het werkende netwerk waren wij er heel vroeg bij. In een enkel geval leidde dat ook tot kritiek. Dat we het dramatisch overtrokken et cetera. Maar wat we zelf gezien hadden stond op het netvlies en wij namen onze inzichten mee naar andere verzekeraars. Daar was soms de houding nog wat afwachtender. En dat begrepen en begrijpen wij ook wel, wij zaten immers in het centrum van het begin van de eerste uitbraak. Wij spraken die bestuurders en professionals in de eerste en tweede lijn in de uitbraakregio. Anderen moesten het nog van horen zeggen hebben.”

Preventie als overlevingsfactor

Preventie krijgt in de strijd tegen corona een extra accent. Gezond leven, niet roken, matig tot geen alcoholgebruik et cetera hebben deels invloed op overlevingskansen. Overgewicht is op de intensive care een complicerende factor geweest, zo lazen we in de media. Is dit een wake up call voor meer inzet van CZ op preventie?

De Groot: “Preventie is belangrijk, je ziet het ook terug. En nee, Covid-19 is niet het model voor de totale zorg. Als we preventie heroverwegen moet dat afgezet worden tegen alle aandoeningen die we kennen. Je kan niet zeggen: “Preventie werkt goed bij de overlevingskansen bij Covid-19, dus we rollen het uit”. Bovendien zitten we in het oog van de storm. Op dit moment kan dus niet alles al omvattend geëvalueerd worden. Dat is te simpel. Je kan niet een zwart wit blokje uit een crisis pakken en dat van toepassing verklaren op een non-crisis. Covid-19 is ook niet hét model voor de totale zorg. De preventieaanpak kan heroverwogen worden, maar wel binnen het totale stelsel van de zorg. Wat nu reeds bekend is, is dat we met lifestyle en positieve gezondheid bij bijvoorbeeld diabetes en hart- en vaatziekten heel wat gezondheidswinst kunnen bereiken. Deze crisis kan wel een extra trigger zijn daar nog beter op in te zetten”.

En wat is de rol van de zorgverzekeraar in deze preventie?

De Groot: “De zorgverzekeraar mag allang geïndiceerde preventie faciliteren. Het is al onderdeel van de zorgverzekeringswet. Het spannende is nu om na te gaan wie wij wat kunnen aanbieden zonder verzekerden te overladen met allerlei programma’s. Daar komt nog bij dat behoorlijk wat programma’s niet aantoonbaar evidence based zijn. Het is me nog iets te veel van geloof, hoop en liefde. Op het gebied van leefstijlprogramma’s moeten we veel meer inzetten op evidence based”.

“We moeten breder kijken. Iemand die bijvoorbeeld neerslachtig is, doordat hij diabetes heeft, moet je dus niet alleen behandelen om die diabetes onder controle te krijgen. Het kan heel belangrijk zijn die depressie ook, of eerst, te behandelen. Als je dat niet doet kan de diabetes behandeling soms ook helemaal niet aanslaan. In die zin wil ik preventie ook laden met het gedachtegoed van Machteld Huber en het instituut voor positieve gezondheid.1 De volgorde van de behandelingen en de samenhang is van groot belang gebleken. Daar is nog veel winst te halen. We moeten meer samenhangend kijken naar heel de mens. Dus het samenstel, en de goede volgorde, van de behandelingen. Dat kan per persoon verschillen en voor iedereen kan iets anders belangrijk zijn. Die leefdoelen van de individuele patiënt zouden meer centraal moeten staan. Dat is niet een les van de Covid-19 crisis maar wel een les waar wij nu heel erg aan toe zijn om het breder te gaan zien”.

Positieve gezondheid en inkoopbeleid

Heeft de Covid-19 crisis effect op het inkoopbeleid van CZ in 2021?

De Groot: “Onze inkoopvoorwaarden 2021 zijn al in april van dit jaar gepubliceerd, nog niet eens halverwege de Covid-19 crisis. Daarom hebben wij er een hele dikke disclaimer ondergezet. We zullen een aantal aanpassingen nog moeten doorvoeren mede onder invloed van de pandemie. Eén daarvan zal gebaseerd zijn op positieve gezondheid. In Zeeland bijvoorbeeld zijn wij op dit moment bezig met alle zorggroepen rondom diabetes, hartfalen en COPD meer te laten starten vanuit het idee van de positieve gezondheid en minder alleen het klinische en medische model”.

In uw eerdere werk bent u gepokt en gemazeld bij technische innovatie in de zorg. In uw huidige rol als CZ-bestuursvoorzitter speelt ook het leiderschap in de sociale innovatie en zelfzorg door verzekerden.

De Groot: “De technische innovatie moet hand in hand gaan met de sociale innovatie. Als wij denken aan het proces rondom een andere manier van werken bij chronische aandoeningen, meer vanuit de e-health kant én meer vanuit de maatschappelijke kant, dan moeten wij ook nadenken rondom het belangensysteem daarbij en de tarifering. Als wij daar geen rekening mee houden, er niets aan doen, dan spannen we het paard achter de wagen. Het krijgt dan een hoog roepende-in-de-woestijn gehalte. Dat betekent dat rond een aantal terreinen onze structuur van financiering verandert. Dat doen wij als CZ, en bij de breed bedoelde innovatie moet je af en toe ook lef hebben. Wij wachten niet altijd op anderen, maar het is wel prettig als collegae ook die kant opgaan. Dat zie ik ook steeds meer gebeuren. Dat moedigt extra aan. Zo willen ziekenhuizen, GGZ en huisartsen ook mee in die ontwikkeling”.

Duurzame coalities

Duurzame coalities op het terrein van positieve gezondheid zijn niet nieuw. Duurzame coalities hebben de laatste paar jaar een vlucht genomen. Wat maakt CZ daarvan waar?

De Groot: “Met ons idee, van wat een echte duurzame coalitie op instellingenniveau is, zijn we pas vorig jaar echt goed gestart. Daarbovenop worden diverse takken van sport in de zorg gecombineerd in het zogenaamde Regiobeeld. Het loopt al verrassend goed eerlijk gezegd. Voor ons als CZ betekent dat gezamenlijk doelen stellen voor de gezondheid van onze populatie, maar tegelijk ook samen verantwoordelijkheid nemen voor de kosten. Dat betekent dat wij een aantal interessante verbeterinitiatieven hebben. Het ziekenhuis komt ook met een aantal. En de zorggroep. CZ faciliteert dit met een meerjarig durende financiering voor ombouw en afbouw. Als iets geld én impact moet opleveren, is het ook belangrijk af te spreken hoe de kosten tegelijk verminderd kunnen worden op die terreinen waar volumes beperkt worden. Denk aan de effecten van eHealth aanpak met SkinVision (detectie huidkanker), online coaching, de digitale huisarts en het platform voor chronische myeloïde leukemie (bloedkanker). Je kan de mede-initiatiefnemers niet vragen het hoofd in de eigen strop te leggen. Dat wordt dan gezamenlijk besproken en ook het hoe en wanneer m.b.t. het afbouwen van de kosten. Wij maken daarover afspraken. Wij hebben daarbij veel geleerd van de werkwijze in de regio van het Bernhoven ziekenhuis (Noordoost Brabant) en dat verder zelf doorontwikkeld. Een nu actueel mooi voorbeeld hebben wij neergelegd in de duurzame coalitie in het Zuyderland Medisch Centrum. CZ is vanuit het echte partnerschap ook bezig in de regio Den Haag en in de GGZ-sector in diverse regio’s”.

De Groot gaat verder: “Een ander voorbeeld van samenwerking is het Regiobeeld van Menzis en CZ. Wij willen het aanbod van zorg en ondersteuning in een regio beter op elkaar laten aansluiten op de lokale behoeften. Dat vraagt om inzicht in de huidige en toekomstige regionale ontwikkelingen op het gebied van gezondheid, zorg en welzijn. Dan kan je ook verder bouwen aan een gezamenlijk aanbod aan zelfzorg, ondersteuning en professionele zorg. Het is goed dat we als zorgverzekeraars gezonde concurrentie kennen zodat we allemaal voor onze klanten vreselijk ons best doen. Maar tegelijk is voor het effectief opschalen van goede initiatieven nodig dat we wel samenwerken”.

Meer lef hebben om je comfortzone te verlaten

Wilt u nog een take home message als vraag én antwoord meegeven?

De Groot: “Jazeker! Zoals je vroeg formuleer ik dan zelf de vraag én het antwoord: Wat zou je je bestuurders toewensen om de sociale en technische innovatie in de zorg minder te blokkeren? En daar wil ik op antwoorden: we moeten de komende tijd meer lef hebben de eigen organisatie en de eigen rol niet meer centraal te stellen. Er verandert veel en je eigen rol centraal blijven stellen is echt onhoudbaar. Dat geldt zowel voor verzekeraars, voor zorgaanbieders als voor professionals. Een ziekenhuis wordt te vaak nog gedefinieerd door het huis en de locatie. Technologische ontwikkelingen maken snel al veel meer mogelijk de patiënt en de zorg centraal te stellen en niet de locatie. Ik wens ons allen heel veel moed toe om af en toe daarvan iets los te laten. Allerlei grensconflicten tussen medische en zorgdomeinen brengen ons niets”.

Is het een minuut voor twaalf of vijf voor twaalf?

Joep de Groot denkt even na en antwoord dan: “Ik vind het heel leuk dat er ondernemers zijn die vinden dat het één voor twaalf is. Die gaan wij stimuleren. En de rest moet vooral niet wachten tot het één minuut voor twaalf is. Want je hebt dan te weinig tijd om in te grijpen. Omsteltijd heb je namelijk nodig. Dus nu beginnen!”.

 

  1. www.iph.n 
Alliantie Nederland Rookvrij!
Oude Gracht Groep
IKA Ned
Stichting Kwalificatie & Curriculum Autoriteit
VERA Health and Education
De Rookvrije Generatie